Schriftelijke vraag:
Indiendatum: 4 augustus 2025
Antwoorddatum:
Indiener: Thijs Vos
Onderwerp: Exorbitante erfpachtstijgingen, ook in Leiden?
Schriftelijke vragen van Thijs Vos (Partij Sleutelstad) aan het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Leiden over exorbitante
erfpachtstijgingen, ook in Leiden? (ingediend: 4 augustus 2025)
In Leiden is voor ruim 10.600 woningen grond uitgegeven in erfpacht voor een termijn van 75 jaar. Afgelopen jaren is in verschillende gemeentes – onder andere in Den Haag en Rotterdam – aan de
orde geweest dat burgers na het verlopen van deze termijn met enorme canon-stijgingen geconfronteerd worden. Partij Sleutelstad heeft naar aanleiding van de Haagse erfpacht-excessen in 2023 eerdere schriftelijke vragen gesteld over erfpacht in Leiden [1]. Het college heeft in antwoord op deze vragen aangegeven dat (pas) in 2030 de erfpacht-termijn voor de eerste woningen zal verlopen, dat de rekenmethode door de raad wordt vastgesteld en dat het college ruim voor het verlopen van de eerste erfpacht met een raadsvoorstel zal komen over de rekenmethode bij heruitgifte. Inmiddels zijn we twee jaar verder. Binnen vijf jaar zal heruitgifte voor de eerste woningen aan de orde zijn. Vooralsnog is er nog geen raadsvoorstel aan de gemeenteraad voorgelegd inzake de berekenmethode; enkel een voorstel voor het herijken van de administratiekosten. Wel ontvangt Partij Sleutelstad meldingen van burgers die aankaarten dat de afkoopsommen binnen enkele jaren enorm zijn gestegen. Zo schrijft een bewoner van de Stevenshof dat hij in 2018 de uitgegeven grond voor circa €30.000 kon afkopen, waar dit in 2024 gestegen was naar circa €65.000. Een verdubbeling in vijf jaar – wat een veel forsere stijging is dan bijvoorbeeld de WOZ-waarde van woningen.
Op grond van artikel 45 van het Reglement van Orde stelt het lid Vos het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Leiden de volgende vragen:
- Hoe wordt de canon en afkoopsommen bij erfpacht berekend? Graag een volledige toelichting van de rekenmethode (niet alleen dat deze marktconform is).
- In hoeverre komt deze methode overeen met de richtlijnen uit de handreiking erfpacht die namens het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke is opgesteld? Zijn er verschillen tussen de Leidse methodiek en de landelijke handreiking? Zo ja, welke en wat zijn de redenen voor deze afwijkingen?
In antwoord op de eerdere schriftelijke vragen is aangegeven dat de rekenmethode vastgesteld wordt door de gemeenteraad. Dit zou voor het laatst in 2006 zijn gebeurd. Echter: In brieven die door het
grond- en vastgoedbedrijf aan Leidse erfpachters zijn verstuurd lezen we echter ook dat de grondquote – één van de grondslagen voor de afkoopsommen – jaarlijks door het college wordt vastgesteld. - Klopt het dat de rekenmethode afgelopen jaren meerdere keren is aangepast? Zo ja, welke wijzigingen zijn er aangebracht aan de rekenmethodiek? Waarom is dit niet eerst aan de gemeenteraad voorgelegd?
- Klopt het dat het dat het college jaarlijks een grondquote vaststelt voor afkoopsommen? Zo ja, welke uitgangspunten worden gehanteerd voor het vaststellen van deze grondquote? Ligt hier een beleidskader aan ten grondslag?
- Wanneer wordt een raadsvoorstel over de rekenmethode aan de gemeenteraad voorgelegd?
- Met welk bedrag zijn de canon en afkoopsommen gemiddeld gestegen ten opzichte van 2020?
- Wat betaalt een Leidse erfpachter – bij ongewijzigd beleid en een gemiddelde grondwaarde – in 2035?
- Klopt het beeld dat de afkoopkosten harder stijgen dan de WOZ-waardes van woningen? Zo ja, wat is de reden hiervoor?
- Wat vindt het college van deze prijsstijgingen?
De basis van erfpacht zou moeten zijn om in controle te blijven bij ontwikkelingen. Het vragen van exorbitante prijzen bij heruitgifte past hier niet bij. Dat maakt erfpacht een melkkoe. - Is het college het met ons eens dat erfpacht geen melkkoe hoort te zijn?
- Is het college het met ons eens dat het bizar is als afkoopkosten binnen drie jaar verdubbelen? Zo ja, wat gaat zij hiertegen doen? Zo nee, waarom niet?
- Waarom kiest het college er niet voor om erfpacht af te schaffen voor woningen waarbij aan de erfpachtperiode is voldoen?
Erfpacht is een privaatrechtelijke handeling. Dat betekent dat het – in tegenstelling tot bijvoorbeeld de taxatie van woningen (WOZ) – niet mogelijk is om tegen de waardebepaling van de gepachte grond of
de vaststelling van de afkoopsom in bezwaar te gaan. - Is het college van oordeel dat de rechtspositie van erfpachters voldoende geborgd is? Zo ja, waarom? Zo nee, hoe wordt voorkomen dat Leidse erfpachters maximaal worden
uitgemolken? - Is het mogelijk om bezwaar tegen besluiten en waardebepaling inzake erfpacht – al dan niet via een privaatrechtelijke regeling – alsnog mogelijk te maken?
In afwachting van antwoord