MOTIE:
Datum: 8 oktober 2020
Indiener: Maarten Kersten
Onderwerp: Verklaring van Geen Bedenkingen omgevingsvergunning Oude Singel 212
Status: Verworpen
Voor: Partij Sleutelstad, PvdD (4)
Tegen: D66, GL, VVD, PvdA, CDA, SP, CU, LP (34)
De Raad van de gemeente Leiden, bijeen in de vergadering van 8 oktober 2020,
Constaterende dat:
- Het boutiquehotel van genoemd kadastraal nummer een op zich al bijzondere vergunning krijgt om een historisch steegje aan de achterzijde geheel te vullen met een schuur.
- Dat daarbij ook het historisch stadsgezicht wordt gewijzigd door aan beide zijden van de steeg een deur aan te brengen
- Dat dit vooralsnog qua ruimtelijke ordening en erfgoed-aspecten legitiem lijkt te zijn, maar
- Dat daardoor het gewoonterecht van overpad voor de omwonenden opeens komt te vervallen
- Dat deze omwonenden niet alleen belemmerd worden bij de toegang tot achter- en zijmuren van hun huizen, maar ook vrezen voor vocht- en schimmelproblemen aan de muren die nu opeens andere muren tegen zich aan krijgen en dat dit punt door B&W in de zienswijzennota wordt bevestigd,
- Dat zij ook vrezen voor verzakking van delen van hun opstallen en monumentale pandenpanden door de nieuwbouw van de 2,5 meter hoge uitbouw van het hotel,
- Het college op alle 19 punten uit de zienswijzennota voor 100% afwijzend heeft gereageerd, terwijl daarbij in een aantal gevallen wordt uitgegaan van een goed vertrouwen in toekomstig coöperatief en sociaal handelen door betreffende hotelier jegens zijn buren
- Dat die inschikkelijke houding misschien wel verwacht kan worden van de huidige aanvrager en anders in de toekomst wellicht bij een andere hotelier via dure civielrechtelijke procedures zou kunnen worden afgedwongen,
- Maar dat aan alle nu door het college ogenschijnlijk gemakkelijk, achteloos en zonder enige empathie in de tegengesproken angsten en wensen van alle omwonenden even makkelijk met een beetje goede wil van gemeente jegens haar burgers tegemoetgekomen kan worden
Overwegende dat:
- De kille, weinig begripvolle en puur juridische houding van de gemeente tegenover een aantal van haar burgers het vertrouwen in de overheid niet bepaald vergroot en wellicht zelfs verkleint,
- Dat de gemeente op een aantal punten uit haar nota van beantwoording strikt juridisch gelijk heeft dat de bezwaren niet op haar publieksrechtelijke terrein liggen, maar in de civielrechtelijke sfeer en zij daarom op zich een vergunning mag afgeven, maar
- Dat de gemeente betreffende burgers op een makkelijke wijze toch tegemoet zou kunnen komen,
- Dat de gemeente en de Leidse belastingbetaler niet gebaat zijn bij weer eens een langdurig en dus kostbaar juridisch conflict dat zou kunnen voortvloeien uit de huidige houding van het college
- Dat bewoners voor het controleren van eventuele verzakking en schade aan hun opstallen, woningen en in de grond aanwezige archeologische fundamenten een nulmeting door een deskundig bureau nodig hebben,
Verzoekt het college:
- Om, nu het verlenen van een omgevingsvergunning op zichzelf rechtens en qua ruimtelijke ordening weliswaar door de raad niet kan worden tegengehouden, als voorwaarde bij de vergunning te verbinden dat de aanvrager door een daarin gespecialiseerd bureau een nulmeting aan de muren en fundamenten van de buren laat verrichten,
- zwart op wit te laten vastleggen dat er niet geladen en gelost zal worden vanaf de Oostdwarsgracht,
- en idem dat er periodiek toegang verleend zal worden aan de achterburen om de staat van de gevels te kunnen inspecteren en eventueel onderhoud te verrichten.
Maarten Kersten
Partij Sleutelstad