AMENDEMENT:

Datum: 27 januari 2022

Mede-indiener: Maarten Kersten

Onderwerp: Wijziging Referendumverordening 2008

Status: Verworpen

Voor: Partij Sleutelstad, LP, Marcel Terlouw (3)

Tegen: D66, GL, VVD, PvdA, CDA, PvdD, SP, CU (34)

De Raad van de gemeente Leiden, bijeen in de vergadering van 27 januari 2022,

BESLUIT:

In het raadsvoorstel over de wijziging van de Referendumverordening 2008 (RV21.0145), onder besluitpunt II toe te voegen

U2

In artikel 3.1 wordt:

  1. Alleen conceptraadsbesluiten kunnen onderwerp zijn van een referendum.

gewijzigd in:

  1. Alleen conceptraadsbesluiten kunnen onderwerp zijn van een referendum behoudens de mogelijkheid dat tegelijkertijd dat in een referendum tegelijkertijd met het conceptraadsbesluit ook een alternatief burgervoorstel wordt voorgelegd.

Aan artikel 4 wordt een nieuw lid toegevoegd:

Indien in het referendum naast het conceptraadsbesluit ook een alternatief burgervoorstel wordt voorgelegd, dan kan in afwijking tot het vorige lid gekozen worden uit het conceptraadsbesluit, het alternatief burgervoorstel of geen van beiden.

In artikel 5, lid 1, b, 1 wordt:

1°. de toelaatbaarheid van een onderwerp waarover is voorgesteld of verzocht om een referendum te houden

gewijzigd in:

1°. de toelaatbaarheid van een onderwerp waarover is voorgesteld of verzocht om een referendum te houden en over de toelaatbaarheid van de indiening van een alternatief burgervoorstel

In artikel 9 wordt na het tweede lid een nieuw lid toegevoegd:

Indien door de indieners tegelijkertijd een alternatief burgervoorstel wordt ingediend, dan wordt op de ondersteuningsverklaring de titel van het alternatief burgervoorstel vermeld.

In artikel 9, (vernummerd) lid 11 wordt:

De raad stelt met inachtneming van het advies in de eerstvolgende vergadering de vraagstelling vast.

gewijzigd in:

De raad stelt met inachtneming van het advies in de eerstvolgende vergadering de vraagstelling vast. Indien een alternatief burgervoorstel is toegelaten stelt de raad de vraagstelling vast in dezelfde vergadering waarin het alternatief burgervoorstel wordt behandeld of in de eerstvolgende vergadering daarna.

Na artikel 9 twee nieuwe artikelen toe te voegen:

Artikel 9A:

  1. De indieners van een referendumverzoek kunnen tegelijkertijd met het inleidend verzoek een alternatief burgervoorstel indienen bij de raad.
  2. Het alternatief burgervoorstel bevat een titel, de aanduiding van het raadsvoorstel waar het betrekking op heeft, een samenvatting, een uitwerking en de voornamen, achternamen, adressen en geboortedata van de in artikel 9, lid 4, bedoelde personen.
  3. Voor het alternatief burgervoorstel gelden de volgende vormvereisten:
    1. De titel is kort en bondig, vat het voorstel kernachtig samen en is niet misleidend;
    2. De samenvatting bedraagt maximaal 250 woorden;
    3. De uitwerking bevat de wijzigingen van het raadsvoorstel waar het betrekking op heeft die de indieners voorstellen;
    4. Het alternatief burgervoorstel dient betrekking te hebben op het raadsvoorstel waarbij het wordt ingediend.
  4. Een inleidend verzoek wordt schriftelijk ingediend bij de voorzitter van de raad, uiterlijk veertien dagen voor de raadsvergadering waarin het ontwerp raadsbesluit wordt besproken.
  5. De indieners hebben het recht om het alternatief burgervoorstel eenmalig en tot uiterlijk een week voor de behandeling van het ontwerp-raadsbesluit in de raad te wijzigen.
  6. Bij strijdigheid met de vormvereisten als bedoeld in het derde lid worden de indieners op de hoogte gesteld. Voor zover de in het vorige lid bedoelde termijn nog niet is overschreden, krijgen zij de mogelijkheid om dit te herstellen.
  7. Tegelijkertijd met het besluit over het inleidend verzoek neemt de raad een besluit over de toelaatbaarheid van het alternatief burgervoorstel. Indien het alternatief burgervoorstel niet aan de vormvereisten voldoet of als de raad heeft besloten om geen definitief referendum over het ontwerpbesluit toe te laten, wijst de raad de toelaatbaarheid van het alternatief burgervoorstel af.

 

Artikel 9B: Raadsbehandeling alternatief burgervoorstel en overleg met initiatiefnemers

  1. De raad plaatst een toegelaten alternatief burgervoorstel zo spoedig mogelijk op de agenda van zijn vergadering. Tijdens deze vergadering worden de indieners als bedoeld in artikel 10, eerste lid gehoord.
  2. Indien de raad het alternatief burgervoorstel goedkeurt, eindigen de in deze verordening vastgelegde procedures.
  3. Een afvaardiging van de raad kan namens de raad in overleg treden met de initiatiefnemers om een compromis te bereiken. Indien de raad en de initiatiefnemers tot overeenstemming komen, trekken de initiatiefnemers hun inleidend verzoek in. De initiatiefnemers besluiten bij absolute meerderheid.
  4. Indien de raad het alternatief burgervoorstel niet goedkeurt, dan wel niet tot overeenstemming komt met de initiatiefnemers, dan wordt indien de raad besluit tot het houden van een referendum over het ontwerp besluit ook het alternatief burgervoorstel voorgelegd in het referendum.

Maarten Kersten – Partij Sleutelstad

Toelichting:

In de huidige opzet kan een referendum zich alleen richten op een geheel raadsvoorstel. Wat ons betreft zouden initiatiefnemers van een referendum ook de mogelijkheid moeten hebben om een alternatief voorstel voor te leggen. Indien de initiatiefnemers van deze mogelijkheid gebruikmaken (en de raad het alternatieve voorstel toelaat), kan tijdens het referendum gekozen worden tussen het raadsvoorstel, het alternatieve burgervoorstel en geen van beiden.

De mogelijkheid om een alternatief voorstel te kunnen voorleggen daagt Leidenaren uit om zelf constructief na te denken over een alternatief. Tegelijkertijd maakt dit het mogelijk om een referendum toe te spitsen op de onderdelen van het raadsbesluit waar onenigheid of controverse over bestaat waardoor het instrument aan scherpte wint.

  • Het alternatief burgervoorstel kan zowel een aanpassing op specifieke punten van het raadsvoorstel zijn als een volledig nieuw plan;
  • Het alternatief burgervoorstel wordt tegelijkertijd met het inleidend referendumverzoek ingediend;
  • Voordat de mogelijkheid van een definitief referendumverzoek wordt geopend, wordt het alternatieve voorstel door de raad behandeld. Dat kan er toe leiden dat het alternatieve voorstel wordt overgenomen of wordt ingetrokken. In dat geval eindigt deze procedure;

De gemeente Amsterdam heeft eerder deze maand de mogelijkheid geïntroduceerd voor burgers om bij behandeling van een raadsvoorstel een alternatief plan voor te leggen en daar eventueel een referendum over aan te vragen, waarin beide voorstellen worden voorgelegd. Dit amendement ligt sterk in het verlengde van de Amsterdamse opzet.[1]

 

[1] https://www.amsterdam.nl/bestuur-en-organisatie/nieuwe-referendumverordening/