Rondvraag over toekenning neutrale referendumsubsidie aan voorstander en communicatieplan referendum

Partij Sleutelstad en SP hebben op 11 maart 2021 een rondvraag gesteld over het toekennen van een neutrale subsidie aan De Lorentzschool, een voorstander van het plan, en het door de referendumkamer bekritiseerde communicatieplan van de gemeente.

In het kader van het referendum over Roomburgerpark zijn er aan verschillende organisaties en particulieren subsidies verstrekt. Naast financiële ondersteuning aan de voor- en tegencampagne, is er ook geld beschikbaar gesteld voor neutrale activiteiten. Uit de beantwoording van eerdere technische vragen blijkt dat ook aan De Lorentzschool, die zich herhaaldelijk en nadrukkelijk uitgesproken heeft vóór het herinrichtingsplan (waaronder vorige week nog in de referendumeditie van de wijkkrant van de Professoren- en Burgemeesterswijk), subsidie is verleend ten behoeve van neutrale activiteiten. Het betrof advertenties in de lokale media en op Google.

Over de toekenning van deze subsidie heeft duo-raadslid Thijs Vos, mede namens de SP, de volgende vragen gesteld:

  1. Is het college bekend met het feit dat de Lorentzschool zich duidelijk uitgesproken heeft voor het herinrichtingsplan? En is dit ook met de referendumkamer gedeeld?
  2. Wat zijn de overwegingen geweest om de Lorentzschool bij de vergunningsverlening als neutrale partij te beoordelen?
  3. Heeft vooraf een toetsing plaatsgevonden van die neutraliteit of is deze uitsluitend gebaseerd op de eigen verklaring van de aanvrager?
  4. Zijn er vooraf afspraken gemaakt met de Lorentzschool of randvoorwaarden gesteld bij de subsidieverstrekking om te garanderen dat de inhoud van de gesubsidieerde advertenties en informatievoorziening daadwerkelijk neutraal is?
  5. Hoe wordt naderhand getoetst of de subsidie daadwerkelijk voor neutrale activiteiten is aangewend?

In dezelfde vergadering heeft PS ook een aantal vragen over het gemeentelijke communicatieplan gesteld. In dit plan neemt het college voor om ook zelf inhoudelijk bij te dragen aan de publieke meningsvorming in de aanloop naar het referendum, ondanks dat dit door de referendumkamer in haar advies op 29 januari j.l. stellig is ontraden omdat dit de neutraliteit en objectiviteit van de gemeentelijke communicatie onder druk zou zetten. De referendumkamer waarschuwde ook dat er voor gewaakt moest worden dat medewerkers via het interne intranet enkel eenzijdig door het college geïnformeerd zou worden.

Aangezien het college de voornemens uit het communicatieplan heeft gehandhaafd na het advies, heeft Partij Sleutelstad daarover de volgende vragen gesteld:

  1. Waaruit bestaat de inhoudelijke bijdrage aan de publieke meningsvorming concreet? En op welke wijze wordt gewaarborgd dat gemeentelijke voorlichting objectief en neutraal is?
  2. Heeft het college de referendumkamer als adviseur betrokken bij de uitwerking en uitvoering van het communicatieplan om toetsing van de neutraliteit en objectiviteit van de informatie mogelijk te maken?

Burgemeester Lenferink heeft vervolgens summier geantwoord op de vragen van PS en SP. Zowel het college als de referendumkamer waren bekend met het feit dat De Lorentzschool voor het inrichtingsvoorstel is; dat vormde voor de burgemeester echter geen probleem voor de toekenning: subsidieaanvragen worden niet beoordeeld op basis van het standpunt van de aanvrager, maar op basis of zij qua inhoud voor, tegen of neutraal zijn. Aan de subsidieaanvraag zijn geen extra voorwaarden verbonden om de neutraliteit te garanderen; dat wordt achteraf getoetst. Bij twijfels wordt de referendumkamer om advies gevraagd en wordt in het uiterste geval het toegekende geld terug gevorderd.

Wat betreft het communicatieplan, lichtte de burgemeester toe dat het college een inhoudelijke bijdrage aan het maatschappelijke debat passend vond omdat zo gegarandeerd kan worden dat de basisinformatie over het raadsvoorstel goed beschikbaar is voor inwoners. Dat heeft het college ook aan de referendumkamer teruggekoppeld. De burgemeester wees er verder op dat de Referendumkamer de uitvoering van het Communicatieplan monitort en voor zichzelf daarbij een actieve en adviserende rol ziet.